Geldhoeveelheid
De maatschappelijke geldhoeveelheid is de optelsom van al het chartale geld en girale geld dat in handen is van burgers en ondernemingen of door heen direct opvraagbaar is.
Wat kan je allemaal als geld zien? Is geld wat je in je portemonnee hebt alleen maar geld, of telt het geld wat je op je betaalrekening en spaarrekening hebt staan ook mee? En hoe zit het met geld wat je op een spaardeposito voor een lange tijd weg hebt gezet? Om te bepalen wat als geld gezien kan worden heeft de ECB een systeem bedacht met getrapte definities. Deze definities zijn M0, M1 en M2; M staat hierbij voor money.
| Naam | Wat wordt als geld gezien? |
|---|---|
| M0 | Al het chartale geld |
| M1 | M0 + giraal geld en alle direct opvraagbare spaartegoeden |
| M2 | M1 + alle spaardeposito’s met een korte looptijd (<2 jaar) |
Bij economie gaat het vaak over de maatschappelijke geldhoeveelheid, dit is M1. M1 is dus al het chartale geld (munten en bankbiljetten) en al het geld wat op je betaalrekening staat en het geld wat je direct van je spaarrekening kan afhalen. Dit moet allemaal in handen zijn van het publiek.
Wanneer de maatschappelijke geldhoeveelheid stijgt noemen we dit geldschepping, wanneer de maatschappelijke geldhoeveelheid daalt noemen we dit geldvernietiging.
Test jezelf vraag 1
Geef bij de volgende situaties aan of de girale geldhoeveelheid stijgt, daalt of gelijk blijft:
- Je pint een bedrag van €50,- van je betaalrekening.
- Je maakt geld over van je betaalrekening naar je spaarrekening.
- Je koopt een nieuwe fiets en betaald met je pinpas.
- Je maakt geld over naar een vriend.
- Je maakt geld van je spaarrekening over op je betaalrekening.
- Je leent geld van de bank.
Antwoord
▼- Blijft gelijk
- Daalt
- Blijft gelijk
- Blijft gelijk
- Stijgt
- Stijgt