Reëel rendement
Wanneer je geld spaart ontvang je hier rente op, hierdoor ga je er vanuit dat je het jaar daarop meer kan kopen omdat je de rente hebt ontvangen. Hoeveel je meer kan kopen en of je wel meer kan kopen hangt echter af van de hoogte van de inflatie. Je hebt geleerd dat inflatie een stijging van het algemeen prijspeil betekent, hierdoor kost iets over een jaar meer dan dat het nu kost. Wanneer je bij het berekenen van het rendement rekening houdt met de inflatie spreken we over het reëel rendement. Reëel is een ander woord voor werkelijk of echt. Reëel rendement betekent dus het werkelijke rendement rekening houdend met inflatie. Om het reëel rendement te berekenen moeten we eerst het indexcijfer van de reële spaarwaarde berekenen. Dit doen we met behulp van de volgende formule:
indexcijfer reële spaarwaarde = indexcijfer nominale spaarwaardeCPI × 100
Om vervolgens het reëel rendement te berekenen verminderen we het indexcijfer van de reële spaarwaarde met 100 en plaatsen we een procent teken achter de uitkomst.
Stappenplan
Om het reëel rendement te berekenen kan je het volgende stappenplan gebruiken:
- Bereken het nominale spaargeld.
- Bereken het indexcijfer van het nominale spaargeld.
- Bereken het CPI.
- Bereken het indexcijfer van de reële spaarwaarde.
- Bereken het reëel rendement door de reële spaarwaarde te verminderen met 100 en hier een procent teken achter te plaatsen.
- Je bezit €100,- spaargeld en krijgt hierover 6% rente per jaar, hierdoor bezit je na een jaar €100,- × 1,06 = €106,-.
- Het indexcijfer van de nominale spaarwaarde is hier €106 ÷ €100 × 100 = 106.
- In dat zelfde jaar is de inflatie 3%, wat betekent dat het CPI 103 is.
- Het indexcijfer van de reële spaarwaarde wordt hierdoor: 106 ÷ 103 × 100 = 102,91.
- Het reëel rendement is in dit geval: (102,91 − 100)% = 2,91%
Ezelsbruggetje
Voor het berekenen van reële indexcijfers kan je het volgende ezelsbruggetje onthouden:
RIC = NIC ÷ PIC × 100
Dit staat voor
reëel indexcijfer = nominaal indexcijfer ÷ prijsindexcijfer × 100