Geldillusie
Mensen denken in geld in nominale termen en niet in reële termen. Met andere woorden de nominale waarde van geld wordt verward met de koopkracht. Wanneer het nominale loon toeneemt zullen mensen denken dat hun koopkracht is toegenomen, echter is de koopkracht ook afhankelijk van de inflatie in het land. Wanneer in een jaar de inflatie hoger is dan de loonstijging dan zal het reële loon dalen, mensen kunnen dan minder kopen en de koopkracht zal dalen. Ondanks de stijging van de prijzen zullen mensen zich rijker voelen omdat hun nominale loon gestegen is.