Cookie Consent by TermsFeed
Belangrijk (klik om te sluiten)
In deze uitleg worden de volgende symbolen gebruikt:
p voor prijs
q voor individuele hoeveelheid
Q voor collectieve hoeveelheid
TO voor totale opbrengst
TK voor totale kosten
MO voor marginale opbrengst
MK voor marginale kosten

Maximale winst bij oligopolie

Maximale winst bij de oligopolie wordt anders berekend dan maximale winst bij een monopolie of volkomen concurrentie. Dit komt omdat er meerdere aanbieders zijn, in tegenstelling tot de monopolie, en deze aanbieders allemaal een andere aanbodlijn hebben, in tegenstelling tot de volkomen concurrentie. Hierdoor wordt om de maximale winst bij een oligopolie te berekenen niet gebruik gemaakt van een grafiek maar van een tabel.

Maximale winst

De individuele aanbieder bij oligopolie streeft naar een maximale winst. Het verschil tussen MO en MK wordt kleiner wanneer de aanbieder extra producten gaat verkopen. MO is constant en MK stijgt. De winst neemt toe zolang de extra opbrengsten voor een extra product groter zijn dan de extra kosten, ofwel MO > MK. Daarom zeggen we dat de individuele aanbieder producten blijft verkopen tot geldt dat MO = MK. Verkoopt hij een product minder dan zal hij een stukje winst laten liggen en is de winst niet maximaal. Wanneer hij een product meer verkoopt dan de hoeveelheid waarbij geldt MO = MK dan maakt hij bij dit laatste product meer kosten dan dat hij opbrengsten van dit product ontvangt, hierdoor zal zijn winst dalen.

De aanbieder kiest p, de vragers kiezen Q voor de markt

Op een vraaglijn kun je zien welke hoeveelheid Q wordt gevraagd bij een prijs p. De oligopolist kan echter niet Q producten verkopen. Bij een oligopolie zijn namelijk meerdere aanbieders op de markt. Daarom gaan we uit van de volgende regel:

qindividuele aanbieder = Q − qalle andere aanbieders

Deze regel kunnen we verwerken in een tabel. Dit ziet er als volgt uit:

p Q q
andere
aanbieders
q TO MO TK MK
€10 5 2 3 30 8 12 4
€9 6 2 4 36 6 16 4
€8 7 2 5 40 4 20 4
€7 8 2 6 42 2 24 4

Je ziet in deze tabel dat de andere aanbieders 2 producten gaan maken. Bij een prijs van €10 hoort een vraag van Q = 5. Omdat andere aanbieders 2 producten gaan maken, wordt de aangeboden hoeveelheid van deze producent 5 − 2 = 3 op deze manier bereken je ook het aanbod van de aanbieder bij de andere prijzen.

Hiernaast zie je in de tabel de MO en MK. Deze hebben wij, zoals hierboven uitgelegd, nodig voor de maximale winst. We vinden de maximale winst bij MO = MK. In de tabel zien we dat bij een hoeveelheid van 5 stuks voor de aanbieder de marginale opbrengsten en marginale kosten allebei €4 zijn. Dit is het aantal wat de aanbieder zal gaan aanbieden. Hier hoort een prijs bij van €8.

Om de winst te berekenen moet je de totale opbrengsten verminderen met de totale kosten. De totale winst is daarom: €40 − €20 = €20