Levensloop gezinnen: financieel vermogen

Het finiancieel vermogen is het spaargeld verminderd met alle schulden. Aan het begin van een mensenleven speelt geld geen rol, ouders of verzorgers voorzien in het levensonderhoud. Pas wanneer iemand begint met studeren en hiervoor gaat lenen begint de lijn te lopen en word het financieel vermogen negatief. Dit blijft net zolang totdat de persoon begint met werken en meer begint te verdienen dan dat deze persoon uitgeeft. Wanneer een persoon meer uitgeeft zal het financieel vermogen eerst nog verder dalen. Het financieel vermogen begint met groeien op het moment dat het looninkomen hoger is dan het permanente consumptieniveau vanaf dat punt begint de persoon namelijk met het aflossen van de schulden. Zodra de persoon schuldenvrij is begint de persoon met sparen, het sparen blijft toenemen tot aan het punt van pensionering. Het opgebouwde vermogen kan gebruikt worden om de rest van de levensduur te consumeren.

In het volgende figuur zie je het financieel vermogen in een mensenleven.

Test jezelf vraag 1

Bekijk de volgende twee figuren, in een van de figuren zie je het financieel vermogen van een piloot en in het andere figuur dat van een fabrieksarbeider.

figuur 1

figuur 2

Welk van de twee figuren geeft het financieel vermogen van een piloot weer? En welke die van een fabrieksarbeider?
Leg je antwoord uit.

Antwoord

▼

Figuur 1 geeft het financieel vermogen van een fabrieksarbeider weer en figuur 2 dat van een piloot. Een piloot zal voor zijn opleiding veel meer moeten lenen dan een fabrieksarbeider vandaar dat de schuld ook groter is. Hiernaast zal een piloot ook langer studeren dan een fabrieksarbeider en pas later beginnen met werken. Een piloot zal hiernaast meer vermogen opbouwen dan een fabrieksarbeider tijdens zijn werkzame leven.