Omzetbelasting (btw)
Ondernemingen betalen belasting over alle producten die ze verkopen of diensten die ze verlenen. Deze belasting noemen we omzetbelasting. Daarnaast mogen ze de belasting die zij hebben betaald over hun inkopen terugvorderen van de Belastingdienst. Op die manier betaalt een onderneming belasting over de toegevoegde waarde van hun producten en diensten.
In Nederland gelden twee tarieven voor omzetbelasting, 21% en 9%. De hoogte van het tarief hangt af van het soort product of dienst.
21% | 9% |
---|---|
Op de meeste goederen en diensten betaal je 21% btw, dit is het standaard btw-tarief in Nederland. | Voor voedingsmiddelen, geneesmiddelen, kunst, boeken, diensten van kappers en fiets reparaties betaal je 9% btw in Nederland. |
De inkoopprijs inclusief omzetbelasting bereken je als volgt:
Inkoopprijs exclusief omzetbelasting | 100% |
Btw | 21% |
Inkoopprijs inclusief omzetbelasting | 121% |
Op dezelfde manier kun je ook de verkoopprijs inclusief omzetbelasting berekenen
Verkoopprijs exclusief omzetbelasting | 100% |
Btw | 21% |
Verkoopprijs inclusief omzetbelasting | 121% |
De prijzen inclusief btw noemen we ook wel het factuurbedrag
Test jezelf
Bas heeft een verfwinkel. Hij koopt verf in bij een groothandel en verkoopt deze door aan consumenten in zijn webwinkel.
Bas koopt 100 liter verf in voor €3 exclusief btw per liter. Hij verkoopt deze door aan een schildersbedrijf voor €5 exclusief btw per liter
Het btw-tarief op verf is 21%
- Hoe hoog was het factuurbedrag op de factuur ontvangen van de groothandel?
- Hoe hoog was het factuurbedrag op de factuur verzonden naar de schilder?
- Hoe hoog was de toegevoegde waarde van Bas?
- Hoeveel btw moet Bas netto afdragen aan de Belastingdienst?
Antwoord
▼- 100 × 3 ÷ 100 × 121 = €363
- 100 × 5 ÷ 100 × 121 = €605
- 100 × (€5 − €3) = €200
- €363 − 300 = €63 €605 − €500 = €105 €105 − 63 = €42 of €500 − €300 = €200 €200 ÷ 100 × 21 = €42